Het is voor mijn omgeving geen geheim dat ik wil dat het er bij ons thuis leuk uitziet. Een gezellig huis waar aandacht aan is besteed, voelt als een veilige haven. We investeren dus best wel een beetje in mooie spullen. Dat is kostbaar, maar we gaan er vanuit dat die spullen dan ook duurzaam zijn. ‘Ben je niet bang dat niks heel blijft, met kleine kinderen?’ Die vraag krijg ik wel eens. Voor mij is dat geen reden om in een huis vol b-keuzes te wonen. De meisjes kunnen thuis gewoon kind zijn. Gaat er iets stuk of raakt er iets beschadigd? So be it, er moet gewoon geleefd worden. En een visgraatvloer mág er ook juist wel geleefd uitzien!
Dat betekent niet dat de meisjes als twee roze olifantjes door de servieskast mogen razen. Ze kennen de grenzen en weten het verschil tussen een ongelukje en bewust iets slopen. Zo voeden wij ze namelijk op. Ook speelkameraadjes mogen hier in huis gewoon hun gang gaan. Er zijn geen ruimtes in huis waar niét gespeeld mag worden en alle speelgoed mag van mij uit de kasten getrokken worden.
Dit klinkt allemaal heel overzichtelijk en alsof ik het onder controle heb. Toch is er een moment geweest waarop ik dacht mijn cool zeker niet te kunnen bewaren. We schrijven begin december 2014, Voorburg. We woonden net vier maanden in ons huis. De verflucht was net uit ons huis getrokken en alles had een plekje gekregen. Onze vaste vriendengroep waar we ieder jaar oud&nieuw mee vieren, had net op dat moment besloten dat de champagne bij ons geknald moest worden. Ons huis was tenslotte groot en af. Met een lichtelijk overslaande stem zei ik ‘natuurlijk! Gezellig jongens!’ Om daarna te visualiseren hoe ons huis eruit zou zien na een wilde avond met acht (acht!) kinderen in de leeftijd van 1 tot 6 jaar en acht aangeschoten volwassenen. Ik zag druipende strooppannenkoeken aan het plafond voor me. En vuurwerksporen tegen onze witte muren. Gaten van bierdopjes in onze gietvloer. Sporen van naaldhakken op de tafel.
Nu denk je natuurlijk dat ik ga vertellen hoe het meeviel. Niet dus. In het eerste uur was er beneden een gustende bloedneus die tegen de muur spetterde, twee kotspartijen waar de exorcist jaloers op zou zijn en op zolder klommen ze in de vensterbank (‘om naar het vuurwerk te kijken mam, duh!’) die daar niet op gebouwd is. Ik klokte nog maar een glas achterover. Toen al onze hartjes (ja, alle acht de kinderen sliepen in ons huis) eindelijk in slaap waren was de keuken overgenomen door alle volwassenen. Onze mooie keuken leek opeens op de keuken van mijn studentenvereniging. Tijdens het eten gingen er (natuurlijk) glazen wijn om en er werd in- en uit gelopen om naar het vuurwerk te kijken.
Nu denk je natuurlijk dat ik ga vertellen hoe vreselijk ik het vond. Niet dus. Ik had me geen leukere avond kunnen voorstellen! We hebben gelachen, herinneringen opgehaald en met elkaar gedroomd over de toekomst. De kinderen sliepen (bijna) allemaal door het vuurwerk heen en we hebben de leukste muziek gedraaid. Nadat de schoonmaak-rook de dagen daarna optrok, bleek dat er geen blijvende schade aan het huis was. Helemaal niks! De enige schade was aan onszelf: een flinke kater van een paar dagen. En het besef dat spullen maar spullen zijn. Leuke avonden zijn veel meer waard!
No Comments